ING: Sterkere prijsstijging bij hotels

Auteur: Redactie
Economie Toerisme 18 november 2022
ING: Sterkere prijsstijging bij hotels

Dit jaar maakt de horeca een grote inhaalslag met een verwachte volumegroei van rond de 30%. De vooruitzichten voor de sector voor 2023 zijn gematigd positief met een volumegroei van circa 5%. Dit betreft deels nog herstel van de coronapandemie, aangezien de horeca in de eerste twee maanden van 2022 nog met beperkingen te maken had. Veel huishoudens zullen bij de aanhoudend hoge prijzen naar verwachting vroeg of laat gaan bezuinigen op minder essentiële consumptie, zoals etentjes en uitstapjes buiten de deur. Dankzij het omvangrijke financiële steunpakket van de overheid blijft de koopkracht volgend jaar nog enigszins op peil. Dit zal de vraaguitval in de horeca naar verwachting enigszins dempen. Dit meldt Sjuk Akkerman, Senior Sector Banker Services bij ING.

Positief is de verwachte groei voor de sector, maar het zijn uitdagende tijden voor de sector met een historisch laag consumentenvertrouwen, hoge inkoop- en energiekosten en stijgende lonen. Dit jaar heeft de sector een sterk herstel laten zien, maar desondanks is de horeca eind 2022 qua volume nog altijd niet terug op het pre-coronaniveau van eind 2019.

Sterkere prijsstijging bij hotels

De horeca heeft op dit moment te maken met flinke kostenstijgingen voor energie, inkoop, huur en personeel. De horeca zal de hogere kosten grotendeels moeten doorberekenen aan de gast om marge over te houden. Maar het is voor de horeca niet altijd mogelijk om de kosten volledig door te berekenen aan de gast. Dit geldt met name voor restaurants en cafés. Als de prijs van een biertje of een maaltijd te hoog wordt blijven de klanten weg. Hotels zijn minder prijsgevoelig en kunnen de hogere kosten relatief gemakkelijker doorberekenen aan de gast. De cijfers van het CBS laten dit ook zien. Bij hotels lagen de prijzen in het derde kwartaal 2022 een kwart hoger vergeleken met eind 2019. Bij campings, restaurants en vakantieparken lagen de prijzen gemiddeld 15% hoger.

Recordaantal buitenlandse toeristen deze zomer in Nederland

De toerismesector heeft een sterk herstel laten zien. In het derde kwartaal overnachtten 14,6 miljoen toeristen in de Nederlandse hotels, vakantieparken, campings en andere verblijven. Dat is een record volgens het CBS. Het is 15 procent meer dan in dezelfde periode vorig jaar en 4 procent meer dan in 2019. Vooral toeristen uit Duitsland en België wisten ons land weer massaal te vinden. Opvallend was de grote groei bij toeristen uit het Verenigd Koninkrijk, van wie er 464.000 naar ons land kwamen. Dat was ruim zesmaal zoveel als een jaar eerder.

Het aantal Nederlanders dat in eigen land op vakantie ging daalde tot 9,2 miljoen. Dat is 8 procent minder dan in het derde kwartaal vorig jaar. Maar door de stijging van het aantal buitenlandse gasten (5,4 miljoen) was afgelopen zomer toch sprake van een record. De 14,6 miljoen toeristen boekten in totaal 49,7 miljoen overnachtingen. De meeste toeristen sliepen in hotels, die afgelopen kwartaal 8,6 miljoen gasten ontvingen. Amsterdam was weer populair vooral bij buitenlandse toeristen, die in aantal ruim verdubbelden in vergelijking met vorig jaar. Te veel toeristen in Amsterdam is ook weer niet goed. De stad moet ook bewoonbaar blijven voor haar inwoners. Maatregelen zijn nodig om een goede balans te houden. 

Mede door Amsterdam was Noord-Holland de provincie met de grootste stijging van het aantal toeristen. Ook in Zuid-Holland en Noord-Brabant kwamen meer bezoekers over de vloer. Doordat er minder Nederlanders in eigen land op vakantie gingen, zagen de onder Nederlanders populaire provincies Gelderland, Overijssel en Zeeland een afname van het aantal boekingen.

Meer aandacht voor duurzaamheid bij toeristen

Toeristen geven aan wel rekening te willen houden met duurzaamheid, maar het nog niet te dóen. Dit blijkt uit de Internationale Vakantiemonitor van Nederlands Bureau voor Toerisme & Congressen (NBTC). Gemak en prijzen zorgen echter voor niet-duurzame keuzes. Van de ondervraagden (uit zes landen) geeft gemiddeld 52 procent aan rekening te willen houden met het klimaat bij het boeken van een vakantie. Bijna 44 procent is ook bereid extra te betalen voor duurzame opties. Maar slechts 39 procent geeft aan ook daadwerkelijk rekening gehouden te hebben met duurzaamheid tijdens de laatste vakantie. Amerikanen en Britten scoren het hoogst op dit punt. Nederlanders en Belgen hebben de laagste score als het gaat om duurzame vakanties.

Vergeleken met een jaar geleden wordt de trein door Belgen en Nederlanders meer overwogen als vervoersmiddel naar Europese bestemmingen. Het vliegtuig blijft echter verreweg het meest gekozen vervoersmiddel voor een Europese vakantie dit jaar.

Overig nieuws